Het Maritiem Instituut Mercator heeft het minst aantal leerlingen van Oostende en is met 130 leerlingen meteen ook één van de kleinste middelbare scholen in de regio Oostende-Westhoek. Je kan er terecht voor maritieme opleidingen. De school is uniek in zijn soort en verwelkomt leerlingen van over het hele land. “Als directeur ken je de leerlingen allemaal bij naam”, klinkt het.

Met 130 zijn ze maar, de leerlingen van het Maritiem Instituut Mercator, die vanaf de tweede graad een maritieme opleiding aanbiedt. Veelal kiezen leerlingen voor deze school omdat ze later een job willen uitoefenen op zee. “Lang geleden hadden we dik 200 leerlingen. Toen is dat gezakt naar 80. Ondertussen hebben we er opnieuw 130, dus we zijn in stijgende lijn”, zegt waarnemend directeur Wouter Stevens. “Momenteel geven we les van het eerste tot het zesde middelbaar en vanaf volgend jaar komt daar nog een zevende specialisatiejaar bij. Ook dan zouden we in principe moeten stijgen qua aantal leerlingen.”

Minder focus op visserij
Waar visserij vroeger de plak zwaaide in de school, toen het nog de John Bauwensschool heette, komen nu alle takken van de maritieme sector er aan bod. “Visserij is nog een klein deeltje van onze school”, vervolgt Stevens. “We hebben ook nog de vroegere ASO, de doorstroomfinaliteit. Daarbij volgen leerlingen voor een stuk les in Athena en volgen ze de nautische vakken in onze school. We hebben ook nog het vroegere technische, wat nu de dubbele finaliteit is. Daarbij kan men na hun opleiding hier, ofwel gaan werken, of verder studeren. Er is echter nog een deel dat specifiek voor de visserij kiest.”
Directeur zijn van een kleine school heeft zo zijn voordelen. “Je kent de leerlingen allemaal bij naam”, duidt de waarnemend directeur. “Leerlingen zetten zo al sneller de stap om je aan te spreken. Bij grotere scholen kent de directeur meestal de leerlingen als ze heel veel bij hem of haar terechtkomen. En dat is dan meestal niet zo goed.” (lacht)

Betere concentratie
Ook de leerlingen zelf vinden dat een kleine school alleen maar voordelen biedt. Timmo De Deckere (18) bijvoorbeeld. Hij volgt momenteel les in het zesde jaar en zou later graag op een gastanker werken. “Dat lijkt me wel een uitdaging”, zegt hij. “De voordelen van een kleine school? Dat zijn er veel. De leerkrachten en het directieteam kennen mij persoonlijk. Indien je daar nood aan hebt kan je gemakkelijker bij een leerkracht terecht. Je hebt bij grotere scholen minder het gevoel dat men je kent. De klassen zelf zijn ook veel kleiner en dat zorgt voor een betere concentratie.”
Juliana Quintero (13) is een van de tien meisjes die een maritieme opleiding volgen in de school. Ze volgt les in het tweede jaar en kiest vanaf volgende jaar voor een motorenopleiding. “Als je hier iets misdoet, dan valt dat meer op”, zegt Juliana. “Mijn lagere school was een veel grotere school. Een kleine school kan dus ook een nadeel zijn voor sommige leerlingen. Maar bij mij valt dat best mee. Mijn mannetje staan? Dat kan ik best wel. Soms gaat het al wat moeilijker, maar op zich valt dat allemaal mee.”

Artikel verschenen in Het Nieuwsblad

Waarnemend directeur, Wouter Stevens